"Inwoners kennen de trage wegen het best"

Uit mobiliteitsbrief 135 - Inspraak en participatie

Bij het verbeteren of herstellen van het netwerk van trage wegen in een gemeente is de participatie van de inwoners onmisbaar. Ze inventariseren de wegen op het terrein en ze formuleren mee het advies aan het gemeentebestuur. Soms leidt de inzet van de vrijwilligers tot de oprichting van een permanente werkgroep Trage Wegen.

MOB13570F01.jpgHilde Béatse, projectmedewerker Trage Wegen vzw.: "Dankzij de participatie hebben we een goed zicht op alle mogelijkheden en functies van de trage wegen in de gemeente."

Trage wegen zijn heel belangrijk voor voetgangers en fietsers om hun functionele en recreatieve verplaatsingen op een veilige en aangename manier te maken, op het platteland maar evengoed in de stad. De voorbije decennia raakte het netwerk aan trage wegen wat in onbruik, het onderhoud liet te wensen over, sommige wegen werden sluiks ingenomen voor privaat gebruik. Sinds kort keert het tij. Steeds meer gemeenten erkennen het belang van trage wegen. De vzw Trage Wegen heeft al een zeventigtal gemeenten begeleid bij het verbeteren of herstellen van hun netwerk.

Drie fases

Momenteel is de vzw in dertig gemeenten aan de slag. De aanpak verloopt steeds in drie fasen. De eerste is de opmaak van de inventaris van de trage wegen in GIS (geografisch informatiesysteem). De vzw maakt die inventaris in samenwerking met de gemeente aan en zorgt voor de opleiding van de vrijwilligers die de wegen op het terreinverkennen. De vrijwilligers gaan na of de wegen toegankelijk zijn, in welke toestand ze zijn en of er knelpunten zijn. Ze nemen ook foto’s van elke weg. Fase twee is de participatie.
"De gemeente verstuurt de uitnodigingen om aan het proces deel te nemen," verduidelijkt Hilde Béatse, projectmedewerker Trage Wegen vzw. "We vragen haar alle verenigingen uit te nodigen die in het projectgebied actief zijn, alle gemeentelijke adviesraden, de scholen. Via het gemeentelijk informatieblad en de website worden ook individuele burgers aangesproken. We organiseren twee vergaderingen. Op de eerste vergadering krijgt iedere deelnemer per trage weg een evaluatiekaart en een vragenbundel mee. Alle informatie die daaruit voortkomt, wordt samengevat en dient als input voor de tweede vergadering. De besluiten van die synthesevergadering zijn de basis voor een adviesnota en een actieprogramma, die aan het gemeentebestuur worden bezorgd. Daarin staan de voorgestelde maatregelen per weg en wordt verduidelijkt waar voor de deelnemers de prioriteiten liggen. Dankzij de participatie van de bevolking en het plaatselijke middenveld hebben we een goed zicht op alle mogelijkheden en functies van de trage wegen in de gemeente. En we creëren een draagvlak om het netwerk te verbeteren."

Werkgroep

MOB13570F02.jpg

Het aantal deelnemers aan het participatieproces varieert van tien tot honderd, met een gemiddelde van om en bij de dertig. Vaak resulteert het traject in de oprichting van een tijdelijke werkgroep van ambtenaren, schepenen en enkele zeer actieve vrijwilligers. In enkele gemeenten is er zelfs een permanente werkgroep Trage Wegen. Hilde Béatse: "Uiteindelijk bepaalt het college de prioriteiten en neemt het de beslissing over de uitvoering van het actieprogramma. We merken dat gemeenten steeds meer vragen dat onze vzw hen ook bij de uitvoering begeleidt. In gemeenten waar dat niet het geval is, kan de werkgroep het verschil maken. Als die wat druk op de ketel houdt, zijn er sneller en meer realisaties. Ook na de uitvoering blijft een sterke werkgroep belangrijk. Als er weer problemen opduiken met een trage weg, zoals een ontoereikend onderhoud of ontoegankelijkheid, dan worden die meteen gemeld aan de gemeente. Gedreven vrijwilligers houden de aandacht voor het netwerk van trage wegen gaande."

Het aantal deelnemers aan het participatieproces rond een tragewegenproject varieert van tien tot honderd, met een gemiddelde van om en bij de dertig.