Regionaal mobiliteitsplan: "De stapsgewijze opbouw biedt een stevige houvast"

Uit mobiliteitsbrief 200 - Basisbereikbaarheid

Het regionaal mobiliteitsplan legt de globale mobiliteitsvisie voor een langere termijn vast voor de vervoerregio, en dat voor alle modi. De afdeling Beleid van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken heeft een methodiek uitgetekend aan de hand van de Europese SUMP-richtlijnen, die ook de basis vormden voor de methodiek van de lokale mobiliteitsplannen.

“Het regionaal mobiliteitsplan kan je zien als een kader voor alle beslissingen binnen de vervoerregio. Dat geldt ook voor het gemeentelijk mobiliteitsplan, maar er zijn natuurlijk belangrijke verschillen”, zegt regionale beleidsmedewerker mobiliteit Hannelore Deblaere van de afdeling Beleid, Departement MOW. “Omdat dit over een veel groter gebied gaat, zal het mobiliteitsplan veel strategischer zijn. Het is bijvoorbeeld niet de bedoeling om in dat plan lokale knelpunten te behandelen. Parkeerbeleid is een goed voorbeeld: in het regionaal mobiliteitsplan zullen we niet bezig zijn met de locatie van de blauwe parkeerzones in een gemeente, maar wel met de planning van een park & ride die impact heeft op de ruime omgeving. De focus ligt op het strategisch belang voor de vervoerregio als geheel en waarover de vervoerregio ook over een breed draagvlak beschikt.”

Regionaal beleidsmedewerker mobiliteit Hannelore Deblaere van het Departement MOW: “We bereiden het regionaal mobiliteitsplan voor in diverse werkgroepen, de vervoerregioraad legt het ontwerpplan definitief vast.”

Universele methodiek

Om het regionaal mobiliteitsplan op te bouwen, werd de Europees voorgestelde SUMP-methodiek gevolgd. Die bestaat uit vier fasen: oriëntering, planopbouw, actieplan (beleidskeuzes) en tot slot de evaluatie. Het Departement MOW begeleidt de opmaak van het regionaal mobiliteitsplan, met ondersteuning van een studiebureau. Hannelore: “Uiteraard rekenen we op input uit de lokale overheden. Die zal op politiek niveau vooral aan bod komen op de vervoerregioraden. Maar vooraleer we daar aspecten van het regionaal mobiliteitsplan bediscussiëren, bereiden we dit op ambtelijk niveau voor in verschillende werkgroepen. Die werkgroepen krijgen begeleiding van de studiebureaus. In elke vervoerregio zullen de werkgroepen anders georganiseerd zijn om zo goed mogelijk te beantwoorden aan de reële behoeften. In sommige regio’s wordt bijvoorbeeld gebiedsgericht gewerkt, in andere themagericht. We bereiden het regionaal mobiliteitsplan dan wel voor in werkgroepen, de vervoerregioraad neemt de finale beslissingen.”

Mobipunten spelen een belangrijke rol bij de invulling van een regionaal mobiliteitsplan.

Inhoudelijke accenten

De inhoudelijke invulling van het regionaal mobiliteitsplan zal specifiek zijn voor elke vervoerregio. Hannelore verduidelijkt: “De verschillende netwerken worden op schaalniveau van de regio in kaart gebracht en daarbij worden de mobipunten van regionaal belang aangeduid. Bij de analyse van de netwerken kunnen verschillende thema’s aan bod komen: verkeersveiligheid, deelsystemen, de link met het ruimtelijk beleid, de ondersteuning door ITS, werken rond innovatieve logistieke concepten, … Elke regio zal zelf bepalen welke accenten zij belangrijk vindt en onder de aandacht wil brengen en hoe deze finaal het gewenste mobiliteitssysteem voor de vervoerregio zullen bepalen.”

Alle vervoersmodi

In het regionaal mobiliteitsplan is het uitdrukkelijk de bedoeling om alle modi in beeld te brengen. Hannelore: “Nieuw daarbij is vooral dat we naast personenverkeer ook vrachtverkeer grondig zullen onderzoeken. Voor vrachtverkeer ligt de nadruk op duurzame trajecten, eventueel met multimodaal transport, ook wel synchromodaliteit genoemd. De route van A naar B kan vaak ook voor vrachtverkeer opgesplitst worden in verschillende fasen: bijvoorbeeld een stuk van het traject per schip, dan met de vrachtwagen en tot slot met een kleinere bestelwagen.”

Overleg en een open geest

Sommige van deze onderwerpen zijn relatief nieuw voor lokale overheden. “De opmaak van een regionaal mobiliteitsplan is voor iedereen nieuw, ook voor ons”, vertelt Hannelore. “De methodiek en de inhoudelijke lijn bieden wel stevige handvaten, maar toch zullen we sommige dingen proefondervindelijk moeten ontdekken. Er zal ook heel veel overleg nodig zijn, en er zullen op lokaal niveau hier en daar politieke knopen doorgehakt moeten worden. Een open geest en een bril die verder kijkt dan de gemeentegrenzen zijn dus essentieel voor een goed regionaal mobiliteitsplan.”

Regionaal mobiliteitsplan:

Vier opmaakfasen

  • Oriënteringsfase: inventarisatie en onderzoek.
  • Planopbouw: opbouw strategische visie en operationele doelstellingen.
  • Actieplan: uitwerking van het beleidsscenario.
  • Evaluatie en monitoring.