Strategische verkeersmodellen spelen een essentiƫle rol in basisbereikbaarheid

Uit mobiliteitsbrief 211 - Strategische verkeersmodellen

Tijdens de opmaak van de openbaarvervoerplannen heeft De Lijn strategische verkeersmodellen gebruikt om het reizigerspotentieel van de openbaarvervoernetwerken te onderzoeken. De komende maanden zullen deze modellen onmisbaar zijn om de juiste keuzes te maken bij het opstellen van de regionale mobiliteitsplannen.

foto_Leen.jpgLeen Schaerlaekens, deskundige verkeersmodellen bij De Lijn: “De Lijn heeft voor alle vervoerregio’s zes mobiliteitsonderzoekers in dienst die met verkeersmodellen werken.”

Strategische verkeersmodellen zijn voor De Lijn een van de belangrijkste tools om scenario’s te modelleren en tegen elkaar af te wegen. De Lijn gebruikt ze om de vervoersvragen en het openbaarvervoeraanbod zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen. Leen Schaerlaekens van De Lijn: “We gebruiken deze modellen vooral om in te schatten hoeveel reizigers een nieuw netwerk of nieuwe lijn zullen gebruiken: het zogenaamde ‘reizigerspotentieel’. We doen er ook maatschappelijke kosten-batenanalyses mee. Dan gaan we na of nieuwe verbindingen voldoende reizigers zullen aantrekken en dus ‘maatschappelijke’ winst zullen maken. Tot slot zetten we verkeersmodellen in om onderbouwd bepaalde ‘wat als’- situaties te voorspellen en te verklaren.”

‘Reisweerstand’ bepalen

Ook voor het nieuwe openbaarvervoernetwerk in het kader van basisbereikbaarheid onderzoekt De Lijn het reizigerspotentieel met strategische verkeersmodellen. “We hebben voor elke vervoerregio verschillende scenario’s en netwerken met elkaar vergeleken. We kijken daarbij niet alleen naar het aantal reizigers, maar ook naar reistijd en afgelegde kilometers”, zegt Leen Schaerlaekens. “Deze reistijd en -kilometers zijn ook in de verkeersmodellen belangrijk voor het bepalen van de ‘reisweerstand’: wat bepaalt dat mensen om zich van punt a naar punt b te verplaatsen het openbaar vervoer wel of niet zullen gebruiken? Ook wachttijden, overstappen, voor- en natransporttijd hebben daar een invloed op.”

Voor de berekeningen van het openbaarvervoernetwerk heeft De Lijn nog de huidige provinciale verkeersmodellen gebruikt. De nieuwe strategische modellen zullen verdere verfijningen mogelijk maken. Zo zullen vragen rond het gebruik van verschillende modi en overstappen nauwkeuriger onderzocht kunnen worden. Voor zulke berekeningen is het immers belangrijk dat de nieuwe generatie verkeersmodellen werkt op basis van meer gedetailleerde dienstregelingen. De omschakeling naar deze nieuwe modellen is echter geen kinderspel: er moeten heel wat gegevens verzameld en verwerkt worden en er moeten nieuwe ontwikkelingen gebeuren.

Vragen van vervoerregioraden beantwoorden

Bij de verdere implementatie van basisbereikbaarheid blijven de modellen voor het openbaarvervoernetwerk belangrijk. Mobiliteitsonderzoekers van De Lijn zullen de modellen onder meer gebruiken om onderzoeksvragen van de vervoerregioraden te beantwoorden, bijvoorbeeld door alternatieve routes en netwerken met elkaar te vergelijken. Voor de verschillende vervoerregio’s zijn er zes onderzoekers aan het werk met deze verkeersmodellen. Leen Schaerlaekens: “We kunnen alleen vragen op hoger schaalniveau onderzoeken. Het effect van het verplaatsen van een halte gaat bijvoorbeeld te veel in detail, en kunnen we dus niet behandelen. We kunnen jammer genoeg ook niet ingaan op alle individuele onderzoeksvragen. Wijzigingen in een verkeersmodel aanbrengen en doorrekenen is tijdsintensief en niet altijd opportuun voor elke vraag. Ook andere factoren en inschattingen spelen een rol bij het beoordelen van netwerkwijzigingen.”

Geïntegreerd onderzoek

In samenwerking met het Departement MOW zal De Lijn voor de regionale mobiliteitsplannen ook meewerken aan geïntegreerd onderzoek van verschillende maatregelen. Bijvoorbeeld om een combinatie te onderzoeken van wijzigingen in het openbaarvervoernet of de dienstregeling met andere maatregelen om de modal shift te verduurzamen.


Heb je interesse in of vragen rond de rol van openbaar vervoer in verkeersmodellen? Stuur dan een mail naar leen.schaerlaekens@delijn.be