Vijf mobiliteitsambtenaren over hun job, hun motivatie en hun ambities: antwoorden van Lucy Simon uit Gooik

Lucy Simon

• Gooik (9.000 inwoners)
• Vooropleiding: Gegradueerde in Landbouw en Biotechnologie
• Bevoegd voor: duurzaamheid en mobiliteit
• Sinds 2008

Wat vind je (minder) leuk aan je job?

“Ik vind het leuk dat de job zo afwisselend is, en dat je zowel met burgers als met professionals in contact komt. Het wetgevende aspect en de vernieuwende evoluties in de mobiliteitssector boeien mij ook erg. De werkdruk wordt wel steeds groter.”

Waar ben je fier op?

“Dat ik via mijn job kan meewerken aan een leefbare omgeving. De thema’s mobiliteit en duurzaamheid lenen zich daar uitstekend toe. Ons fietsbeleidsplan is bijvoorbeeld een concrete realisatie die daar duidelijk toe bijdraagt.”

Wat is de grootste uitdaging in je job?

“De grootste uitdaging vind ik de verkeersveiligheid voor iedere weggebruiker. Elke mobiliteitsgebruiker bekijkt de openbare ruimte vanuit zijn eigen bril en verwacht dat we daaraan tegemoetkomen. Maar voetgangers, fietsers, landbouwers, autobestuurders en andere mobiliteitsgebruikers hebben allemaal andere wensen en de ruimte is nu eenmaal beperkt.”

Hoe zie je je job evolueren?

"Toen ik begon als mobiliteitsambtenaar bestond het woord ‘mobiliteit’ eigenlijk niet. De term mobiliteit zat verweven in openbare werken/ wegenwerken. Doorheen de jaren is er steeds meer aandacht gekomen voor het beleidsmatige aspect van mobiliteit. Er wordt nu veel meer nagedacht over hoe we de weg willen indelen en gebruiken. Burgers zijn ook veel meer betrokken dan vroeger. Op administratief vlak is er bovendien een duidelijke evolutie van papier naar het gebruik van databanken.”

Heb je tips voor je collega’s?

“Voldoende capaciteit op de dienst is belangrijk, zodat je alle evoluties mee kan opvolgen. Zowel inhoudelijk – door opleidingen en infosessies te volgen – als administratief.”

Als je carte blanche krijgt, wat wil je dan graag verwezenlijken?

“Ik zou een mobiliteitssysteem willen uitvinden waar iedere gebruiker zich in kan vinden. Als je iedereen tevreden kan stellen, zullen er ook maar weinig mensen klagen. Maar voorlopig is dat nog een utopie, vrees ik.”