“Stipt openbaar vervoer bereiken we alleen door samen te werken”

Uit mobiliteitsbrief 235 - Doorstroming openbaar vervoer

Hoofd Doorstroming Dries Wathion.pngEen vlotte doorstroming van bussen en trams is cruciaal om mensen te overtuigen het openbaar vervoer te gebruiken. Daarom staat het thema hoog op de prioriteitenlijst van vervoermaatschappij De Lijn. Hoofd Doorstroming Dries Wathion legt uit hoe ze het aanpakken.

Waarom is een vlotte doorstroming van het openbaar vervoer zo belangrijk?

“Omwille van verschillende redenen. Ten eerste onze reizigers. Stiptheid komt altijd als belangrijkste criterium uit tevredenheidsenquêtes. Maar de stiptheid gaat jaar na jaar achteruit. Een van de manieren om dat tegen te gaan, is werken aan een vlotte doorstroming van onze bussen en trams. Als zij vlotter kunnen doorrijden en hun rijtijden minder schommelen, kunnen ze zich stipt aan de dienstregeling houden. Zo kunnen onze reizigers op ons rekenen en kunnen we ook nieuwe reizigers overtuigen.”

“Ten tweede denken we ook aan onze chauffeurs. Vertragingen zorgen enkel voor meer werkdruk en stress. Ook de kostprijs is een belangrijk argument. Hoe meer bussen in de file staan, hoe minder rendabel ze zijn. Als onze bussen efficiënter rijden, kunnen we automatisch ons aanbod vergroten.”

Hoe is de situatie vandaag?

“De doorstroming van onze bussen en trams is nog niet goed genoeg. Dat leren we uit de enquêtes, maar ook de gegevens van bussen en trams bewijzen dat. Vanuit de Vlaamse overheid zijn er richtlijnen voor stipt en betrouwbaar openbaar vervoer. Er zijn vastgelegde targets waar we naar streven. Maar de rijtijden van onze bussen en trams tonen dat we die doelen niet halen. Slechts in ongeveer een derde van de gemeenten halen onze bussen de Vlaamse doelstellingen.”

Met onze Gids Doorstroming en onze Academie verspreiden we zoveel mogelijk kennis in de vorm van mogelijke maatregelen, tips en adviezen."

Hoe kunnen we dat verbeteren?

“Er zijn infrastructurele aanpassingen die de doorstroming vergemakkelijken. Denk aan aparte busbanen, haltes waar de bus stopt op de rijweg of aangepaste verkeerslichten. Maar infrastructuur is maar één kant van het verhaal. Eigenlijk moet je doorstroming van bussen en trams bekijken vanuit mobiliteit als geheel. Door de circulatie aan te passen of doorgaand verkeer te weren uit stadscentra, daalt de hoeveelheid verkeer en rijden bussen vanzelf vlotter. Of het kan ook op kleinere schaal. Door bijvoorbeeld in een straat bussen in twee richtingen te laten rijden, en auto’s in maar één richting. Dat soort ingrepen vragen geen grote aanpassingen aan de infrastructuur, maar hebben toch een grote impact.”

Wat kunnen jullie betekenen voor lokale besturen?

“Wij geven advies. Het zijn de lokale besturen en het Agentschap Wegen en Verkeer die de wegen beheren. Bij een herinrichting of heraanleg kijken we per dossier welke verbeteringen er mogelijk zijn. Daarnaast communiceren we ook proactief naar de steden en gemeenten. Er is onze Gids Doorstroming waar heel wat mogelijke maatregelen, tips en adviezen instaan. En met onze Academie verspreiden we onze kennis zoveel mogelijk. Daarnaast zijn we altijd bereid lokale besturen ad hoc bij te staan. De data van onze bussen en trams stellen we gratis ter beschikking.”

Wat is de sleutel tot succes?

“Samenwerken! Wij kunnen het niet alleen. We kunnen nog zo hard inzetten op stipte bussen, maar zonder inspanningen van de wegbeheerders lukt het niet.”

Meten = weten.
Elke bus van De Lijn is uitgerust met een boordcomputer. Die gegevens worden gebruikt voor realtime informatie in de app, maar ook om de stiptheid te monitoren. Zo beschikt De Lijn voor elk traject in Vlaanderen over gedetailleerde info over de snelheid, stiptheid en betrouwbaarheid van de bussen.
Benieuwd naar de cijfers van jouw vervoerregio? Lees het hier