Verfijn uw zoekopdracht
Interview met Dirk Engels, Tritel.<br> In Vlaanderen liggen woongebieden, bedrijventerreinen en winkelcomplexen zeer diffuus verspreid. Ze worden bovendien verbonden met een zeer dicht wegennet. Daardoor kan er van overal verkeer vertrekken en toekomen. Sluipverkeer is daar een vervelend neveneffect van. Praktijkvoorbeeld: verzinkbare paaltjes in Lier.
Mobiliteitsdeskundigen buigen zich lang en diep over het lokaal parkeerbeleid. Terecht, want het draagt bij tot een leefbare stad of gemeente, een beter bereikbaar centrum en meer tevredenheid bij de inwoners.
De ruime regio rond Ieper kampt met overlast door zwaar vervoer. "Een oplossing ligt niet voor de hand, maar met een goede samenwerking tussen de gemeenten zou het ons moeten lukken," zegt Evert de Pauw van de Provincie West-Vlaanderen.
Van landelijke wegen verwacht men dat het rustige wegen zijn met weinig verkeer. Maar de laatste jaren is de positie en functie van heel wat landelijke wegen een stuk onduidelijker geworden. Dat komt onder meer omdat ze als sluipweg dienen voor doorgaand verkeer.
Landelijke wegen rustig en autoluw houden kan alleen als de ruimtelijke planning, het stedenbouwkundig vergunningenbeleid en het mobiliteitsbeleid op elkaar zijn afgestemd. Beter dan het probleem door infrastructurele ingrepen ad hoc aan te pakken waar het zich stelt, is de problematiek te betrekken in het beleid. Daarom formuleerde het Interbestuurlijk Plattelandsoverleg (IPO) volgende beleidsaanbevelingen voor lokale, provinciale, Vlaamse en federale overheden.