De exploitanten aan het woord 

Uit mobiliteitsbrief 233 - Laadpalen in de praktijk

De Vlaamse Regering gunde in juli 2022 de concessie voor de uitrol van publieke laadpunten aan TotalEnergies en ENGIE. Zij gaan de komende jaren in heel Vlaanderen laadpalen plaatsen. TotalEnergies doet dat in West-Vlaanderen en Vlaams-Brabant, ENGIE neemt Antwerpen, Oost-Vlaanderen en Limburg voor hun rekening. Wij spraken met Stefaan De Ganck (TotalEnergies) en Wiebke De Groof (ENGIE).

Wiebke De Groof (ENGIE) en Stefaan De Ganck (TotalEnergies)
Wiebke De Groof (ENGIE) en Stefaan De Ganck (TotalEnergies) 

Hoeveel ervaring hebben jullie met het plaatsen van laadpalen?

De Ganck: “Met TotalEnergies zijn we aanwezig op de volledige ketting van elektrisch rijden en laden. Van de opwekking van groene energie tot de laadpalen op publiek en privaat terrein. We plaatsten er al bij onze tankstations en haalden concessies binnen in Antwerpen en Gent. Maar evengoed plaatsten we al laadpalen bij bedrijven en bij hun werknemers thuis.”

De Groof: “ENGIE werkt actief mee aan een vergroening van de mobiliteit, een belangrijke pijler in de energietransitie. In België hebben we tot nu toe vooral ingezet op laadoplossingen voor bedrijven en hun werknemers. We hebben al meer dan 10.000 connectoren geplaatst op bedrijvensites. Zo plaatsten we bijvoorbeeld 300 laadpalen bij International Car Operators in de haven van Zeebrugge. Onze buitenlandse collega’s hebben ook veel ervaring met publieke concessies. In Nederlandse steden als Rotterdam en Utrecht, maar ook in Straatsburg en langs de Franse autosnelwegen. Nu we ook in België het publiek netwerk gaan uitrollen, doen we uiteraard een beroep op de expertise van onze collega’s.”

Zowel burgers als besturen kunnen een laadpaal aanvragen via digitale loketten. Wat gebeurt er tussen zo’n aanvraag en de installatie van de laadpaal?

De Groof: “De aanvraag komt eerst bij MOW terecht. Zij screenen de aanvragen om te zien of er aan alle voorwaarden is voldaan. Daarna gaan wij aan de slag. Wij gaan op zoek naar de geschikte locatie. We kijken naar alle parameters, stemmen af met de gemeente en netbeheerder Fluvius. Als alle stappen zijn doorlopen, kunnen we de laadpaal plaatsen.”

Een eerste laadpaal tegen kerstmis zou een mooi kerstcadeau zijn. 

Wiebke De Groof (ENGIE)

De Ganck: “Hoelang zo’n proces duurt, hangt natuurlijk af van locatie tot locatie. Je moet rekenen op een doorlooptijd van 3 tot 6 maanden. Samen met MOW werken we aan draaiboeken en procedures om alles zo gestroomlijnd en efficiënt mogelijk te maken. Het uiteindelijke plaatsen van zo’n laadpaal gaat wel snel. De installatie en keuring gebeurt allemaal op één werkdag.”

Wat wordt de grootste uitdaging?

De Ganck: “Een laadpaal plaatsen is niet moeilijk. Maar duizenden laadpalen plaatsen over heel Vlaanderen, ze uitbaten en onderhouden is wel een uitdaging. Het wordt de kunst om alle stappen in het hele proces strak te coördineren, alles te standaardiseren en dat ook duidelijk te communiceren naar alle stakeholders. Gelukkig hebben we al veel ervaring met dit soort processen. We zijn dus al een gerodeerde machine.”

De Groof: “In ons werkingsgebied zitten we met 170 steden en gemeenten. Dat zijn veel stakeholders, elk met hun eigen noden en ideeën over laadpaalinfrastructuur. De uitdaging zit erin om al die ideeën op een lijn te krijgen en overal zo goed mogelijk hetzelfde proces toe te passen. De Vlaamse overheid heeft al veel voorbereidend werk gedaan. Met de digitale loketten, de potentieelkaarten met voorstellen van locaties en de afspraken met Fluvius ligt er al een stevige basis om van te vertrekken.”

Tot slot: wanneer gaat jullie eerste laadpaal er staan?

De Groof: “Moeilijk te zeggen! Technisch gezien moet dat lukken tegen december. Maar het hangt natuurlijk af van hoe vlot het proces verloopt.”

De Ganck: “Bij ons hetzelfde. Een eerste laadpaal tegen kerstmis zou een mooi kerstcadeau zijn.”